zondag, december 02, 2007

for international visitors

The story below contains pictures taken at the film set of 'Body of Lies' in Rabat, Morocco, starring Leonardo Di Caprio. I have erased the face of Di Caprio in order to prevent possible problems. Di Caprio is the guy wearing a cap and holding a gun.
The text on this blog is in Dutch.

zaterdag, december 01, 2007

Aanslag op het NIMAR, fictie of werkelijkheid?

Even leek het erop dat het NIMAR, na alle rampspoed van het afgelopen jaar (stroomstoot, brand door kortsluiting, auto bijna total loss), weer werd getroffen door een ramp.
Er liepen verdachte figuren rond het NIMAR. Dit waren duidelijk geen Marokkanen. De dames stonden zelfs hun chador te schikken in onze nieuwe spiegelende voordeur.





Opeens klonk er een kabaal in de straat, er scheurde een Jeep Grand Cherokee de hoek om met een kerel uit het raam hangend die een automtisch wapen naar buiten stak.



Was er een aanslag op ons instituut gepland? Razendsnel trokken mijn collega's (ik was zelf niet aanwezig) de Nederlandse vlag in. Misschien wat naïef, maar je kunt altijd proberen de terroristen om de tuin te leiden.
Het bleek hier om een klassieke achtervolging te gaan want een paar seconden later kwam er een tweede voertuig de straat in gereden. Helaas, de chauffeur verloor op de kruising de macht over het stuur en knalde tegen een paar geparkeerde auto's aan.



Toen barstte de hel pas echt los. Een man met petje op sprong tevoorschijn en begon te schieten op de zojuist gecrashte auto en de inzittenden.



De nog versufte chauffeur werd gelijk geliquideerd door de schutter. De bijrijder kon nog uit de auto springen, maar werd ook neergeknald.







De schutter sprong tussen de auto's door om te checken of de bijrijder inderdaad uitgeschakeld was.





Vervolgens pakte de schutter zijn GSM. "Mission accomplished" gaf hij door aan zijn opdrachtgevers. Een liquidatie op klaarlichte dag in het centrum van Rabat.

Fictie of werkelijkheid?
Geen paniek beste lezers, het is in Rabat absoluut geen wild west. De hoek van onze straat was twee weken geleden even veranderd in een filmset voor opnames van de nieuwste film met Leonardo Di Caprio. De film heet Body of Lies.
De NIMAR-staf was zo alert om de fotocamera te pakken en wat plaatjes te schieten van de set. De schutter met het petje op is Leonardo Di Caprio. Ik heb hem op de foto's nog even onherkenbaar gemaakt om problemen te voorkomen.
Dit vond dus plaats op zo'n 25 meter van het NIMAR. Het pand van het NIMAR is hier dus even niet herkenbaar aan het rood-wit-blauw want de vlag was op verzoek van de producer even binnengehaald. Het NIMAR is het pand aan de rechterkant van de straat, met afhangende planten bij de ramen op 1e en 2e etage, net naast het gele luifeltje.



Toen de producer bezwaar maakte tegen het feit dat Farid onze receptionist liep te fotograferen, heeft directeur Paolo gedreigd dat hij de vlag weer zou uitsteken. Toen was de rel over de foto's snel gesust.

zondag, november 11, 2007

Prachtige plafonds in Al Andalus

We maakten dus een hele berg foto's in Al Andalus (de Arabische benaming voor Andalusië).
Daarbij zitten een paar fabelachtige foto's van plafonds van de diverse paleizen en de moskee die we daar hebben bezocht (en gefotografeerd).
Hieronder een selectie, gemaakt door mijn reisgenote (en liefje ;-) Josine, journalist gespecialiseerd in architectuur en bouw.
Ze heeft een paar prachtige foto's van plafonds gemaakt die ik u niet wil onthouden, en die ik van haar mag opnemen op voorwaarde dat haar naam vermeld wordt.


de bogen in de Mezquita te Cordoba.


plafond in de Mezquita te Cordoba


plafond in het koninklijk paleis te Sevilla


in het Alhambra te Granada


in het Alhambra te Granada

Josine had voor deze reis speciaal een nieuwe groothoeklens aangeschaft. Zonder deze lens zouden deze foto's niet mogelijk geweest zijn. Met mijn eigen (niet verwisselbare) zoomlens zou ik deze foto's niet hebben kunnen maken (nog afgezien van de lichtgevoeligheid van die prachtlens die al te lange sluitertijden kon voorkomen).

Andalusië, heel dicht bij Marokko

Even geen Marokko de komende tijd. Omdat er op dit moment geen onderwijsprogramma op het NIMAR loopt, kunnen ze het daar wel even zonder mij stellen.
Dus ben ik druk in Nederland op dit moment, o.a. met voorlichting over de activiteiten van het NIMAR.

En vorige week ben ik een (klein) weekje op vakantie geweest. Niet naar Marokko. De keus was op Andalusië gevallen, oftewel Zuid-Spanje. Het schijnt dat de grenswachten in Noord-Marokko zelfs waren geïnstrueerd mij niet binnen te laten als ik het toch zou proberen. Dit om te zorgen dat mijn liefje alle aandacht zou krijgen die zij verdiende.
We vlogen op Malaga, en toen de Boeing een bocht maakte, vlak voor de landing, zag ik Gibraltar liggen, en ook wat bergen aan de overkant. Dat was dus Marokko, de Jbala, de streek achter Tanger. Dus er is in elk geval visueel contact geweest ;-)
We gingen naar Andalusië om daar de overblijfselen van de oude Moorse (dus Arabische) cultuur te gaan bekijken: het Alhambra in Granada, de Mezquita in Cordoba en de Giralda in Sevilla.
Met beiden een digitale camera en de nodige geheugenkaartjes beladen stapten we in het vliegtuig. We hebben samen een slordige 1200 foto's geschoten van deze prachtige monumenten, die in Spanje in goede handen zijn. Er wordt volop gerestaureerd en gepreserveerd.

En wij zullen nog wat moeten selecteren uit die berg foto's. Soms is dat niet moeilijk. Het was nogal donker, zeker in de Mezquita in Cordoba, dus veel foto's waren niet helemaal scherp. Maar goed, van die 1200 foto's zijn er wel een aantal goed gelukt natuurlijk. Van tegels, mozaïeken en stucwerk in Granada, de bogen en gewelven van de moskee in Cordoba, of de versierselen in namaak-Arabisch uit Sevilla. En met digitale technieken kunnen de foto's ook nog een beetje opgekalefaterd worden.



Het Alhambra in Granada staat op de lijst van werelderfgoed van UNCESCO. En terecht. Het is een prachtig paleiscomplex, gebouwd door de Nasiriden-dynastie, de laatste Moorse dynastie die in 1492 werd verdreven uit Granada, waarna het Iberisch schiereiland volledig onder christelijk bewind kwam en het islamitische rijk Al Andalous voorgoed(?) tot de geschiedenis behoorde.

De Mezquita was een moskee, die na de verovering door de christenen is omgevormd tot een kerk. Maar het Moorse bouwwerk is redelijk intact gelaten, alleen in het midden is een deel gesloopt om er een kerk in te plaatsen. De gebedsnis richting Mekka (mihrab) is nog geheel intact, erboven is een prachtig plafond en de dubbele bogen op de pilaren zijn wereldberoemd.
In Sevilla staat een zeer opmerkelijke gotische kathedraal, die beschikt over een toren die vrijwel geheel Moors is. Alleen het bovenste stuk is erop gebouwd door de christenen. De toren is de Giralda en hij vertoont sterke gelijkenis met de Hassantoren in Rabat en de Koutoubia in Marrakech. Verder zijn er in Sevilla nauwelijks resten van de moskee overgebleven. Verder is het ook een prachtige stad met veel zeer stijlvolle gebouwen.

Op mijn webalbum zal ik wat meer foto's van deze monumenten plaatsen.

maandag, oktober 22, 2007

Aardigheidje

In de medina van Rabat kwam ik een speeltje tegen waar ik erg om moest lachen.
Een tank als treintje waarop een George Bushpoppetje zit, duwt met een magneet een ander karretje vooruit met daarop Osama Bin Laden.
De boodschap: George krijgt Osama nooit te pakken ;-)





RaRaRa: Rammelen in de Ramadan in Rabat

En weer was het Ramadan. Dit jaar begon de Ramadan in Marokko op vrijdag 14 september. En dat was ook precies de dag dat ik aankwam voor een verblijf van 10 dagen op het NIMAR.
Veel buitenlanders in Marokko gebruiken de Ramadan om het land een tijdje te verlaten en eens in hun eigen land te gaan kijken, of om op vakantie te gaan. Voor niet-moslims in Marokko is de Ramadan een tijd van ongemakken. Voor moslims ook trouwens, maar dan om andere redenen. Het beschrijven daarvan laat ik ook geheel voor rekening van de moslims. Tegelijkertijd ervaren zij het als een feestmaand overigens.
De ongemakken voor niet-moslims laten zich als volgt samenvatten: De economie draait in die periode in Marokko op een laag pitje. Men werkt tot 3 uur 's middags, maar of men dan echt werkt, dat staat nog te bezien. Ook winkels gaan vroeger dicht. De horeca is beperkt of helemaal niet geopend, en men zegt dat het gemiddelde humeur van de Marokkaanse moslims zakt naarmate de maand Ramadan vordert. Een tekort aan slaap begint zich te wreken en het vasten overdag is wel degelijk een aanslag op het menselijk lichaam.

Alcoholische dranken zijn gedurende de maand Ramadan moeilijk of helemaal niet te koop. Zo was de alcoholafdeling van de Marjane supermarkt waar ik altijd kom hermetisch afgesloten. Gelukkig had ik nog een voorraadje op het NIMAR staan dus ik heb niet droog hoeven staan.
Maar de supermarkt tegenover het NIMAR, die 11 maanden per jaar rijk gesorteerd is met alcoholische dranken, is gedurende deze maand ingekrompen tot een klein winkeltje waar alleen gezonde levensmiddelen en Ramadan-gerelateerde producten verkocht worden.
Overigens is de verkoop van alcohol in Marokko een verhaal op zich waard, ik zal daar nog wel eens op terugkomen.

Ik schreef al over de beperkte openstelling van de horeca. Er zijn restaurants die gewoon de gehele maand gesloten zijn. Ook dat is dus een schadepost voor de economie.
Andere restaurants zijn geopend, maar met een aangepast menu. Zo is het mogelijk dat je in de Ramadan ineens geen alcohol geserveerd krijgt in een restaurant waar gedurende de rest van het jaar alcohol gewoon verkrijgbaar is.
Het is ook voorgekomen dat een (vrouwelijke) Marokkaanse kennis met enkele niet-Marokkanen in een restaurant zat, en mee wilde drinken van de bestelde fles wijn. Het glas dat voor haar stond, en dat al was ingeschonken, werd echter onverbiddelijk weggehaald door de chef van het restaurant: aan moslims werd geen alcohol geserveerd.
Onze collega's van het Frans instituut hebben een restaurant in huis, en ik hoorde dat onze Franse collega het verzoek had gekregen gedurende de Ramadan geen alcohol te schenken. Dat was hem duidelijk een brug te ver. Een Franse lunch of diner zonder een passende vin rouge, blanc, rosé ou gris: c'est pas possible!
Sommige restaurants hebben ook een aangepast menu rond zonsondergang. Dan staat er een typisch Marokkaanse ftur (ontbijt) klaar, bestaand uit hrira (soep), sjebbakiya (in honing gedrenkt gebakken deeg), eieren en dadels. Wat later op de avond kan dan alsnog gewoon à la carte worden gegeten.


Vrienden in Marokko vinden het extra gezellig als je tijdens de Ramadan bij hen de ftur komt eten. En toen ik een keer op een tankstation was om te tanken, en met de pompbediende sprak over de Ramadan, en dat hij over een uurtje weer mocht eten, werd ik allerhartelijkst uitgenodigd om met hem en zijn collega's op het tankstation de ftur te nuttigen. Ik was echter juist onderweg om bij een collega thuis te gaan 'ontbijten' om half zeven 's avonds.

Het verkeer in de Ramadan is ook een verhaal op zich. Het schijnt gevaarlijker te worden naarmate de heilige maand vordert. Wederom de vermoeidheid en de oplopende irritatie waarschijnlijk.
Aangezien iedereen om 3 uur 's middags naar huis mag ontstaat er een spitsuurchaos die normaal veel gespreider verloopt. Iedereen mag eerder naar huis, maar komt later thuis. Mijn vader, die vroeger buschauffeur was, zei dat ook over Sinterklaas in Nederland (allemaal een uur eerder weg dan normaal maar een uur later thuis).
Maar echt link wordt het zo rond 6 uur - kwart over 6, dus vlak voor de moghreb (zonsondergang). Wie dan nog niet thuis is, vindt dat hij door rode stoplichten mag rijden en de maximumsnelheid mag overschrijden om toch zo snel mogelijk thuis achter de hrira te komen. En trouwens, de agenten die normaal op iedere straathoek te vinden zijn, zijn er dan ook niet.
Een taxi vinden op dat tijdstip kun je ook wel vergeten.
Maar zo net na half 7 is het werkelijk heerlijk rustig op de weg. Echt een genot om dan even te gaan rijden.

Toen ik met de auto onderweg was naar Casablanca had ik een inbelprogramma aan staan dat helemaal ging over 'Ramadan en Gezondheid', hetgeen toch aanduidt dat men zich wel realiseert dat er een spanningsveld bestaat tussen deze twee begrippen.
Het ging o.a. over tips wat je moet eten na zo'n hele dag te hebben gevast. De hierboven beschreven standaard ftur kwam er daarbij niet best vanaf. Dat zou nogal een opdonder voor de maag zijn. Maar ook de gebruikelijke kwesties kwamen aan bod: Ramadan en medicijnen, R en zwangerschap, R en reizen etc.
Het is me wel opgevallen deze keer dat vrienden, collega's en kennissen die niet zo heel streng in de leer zijn, die bijvoorbeeld best wel eens een glaasje alcohol nuttigen, en die zeker niet vijf keer per dag gaan bidden, wel heel consequent vasten tijdens de Ramadan. Om een of andere reden is dit gebruik, een van de zogenaamde zuilen van de islam, voor veel mensen een traditie die men wel volledig wil naleven.
Het zou interessant zijn dit eens in vergelijkend perspectief te bekijken tussen verschillende landen.

Dit waren zo wat observaties tijdens de Ramadan van 2007 (of eigenlijk van het islamitische jaar 1428).

zondag, oktober 21, 2007

Onderwijs Nederlands aan universiteit Casablanca.


Deze week barstte er ineens een publiciteitsgolf los over het voornemen van de universiteit Hassan II te Casablanca om vanaf 2008 onderwijs in de Nederlandse taal te gaan aanbieden.


Het bericht stond eerst in onze NIMAR-nieuwsbrief, en is toen door een journaliste van het ANP opgepikt. Ze zat al een tijdje te vlassen op een primeur over dat onderwerp. Steeds zei ik dat het beter was nog even te wachten het bericht naar buiten te brengen.
Nu kwam het dus naar buiten. Diverse mensen vroegen mij: 'wist je dat?' Reken maar dat ik het wist. Anderen vroegen of het NIMAR er iets mee te maken heeft gehad. Reken maar van wel.


Dat dit voornemen bestond in Casablanca, was algemeen bekend. Ik heb er begin dit jaar al over geschreven op deze blog.
En het is het logisch vervolg op het aanbod dat (toenmalig) minister van OCW Maria van der Hoeven had gedaan bij de opening van het NIMAR op 7 juni vorig jaar.
De uitvoering ervan is door het minsterie overgedragen aan de Nederlandse Taalunie en dus was de Taalunie deze week ook uitgebreid in het nieuws.
Het NIMAR is ook sinds begin dit jaar intensief betrokken gebleven bij de contacten tussen de Taalunie en de Marokkaanse universiteit. Zo was ik zelf betrokken bij de selectie van de eerste docent die in Casablanca Nederlands zal gaan geven.


Overigens zal het vermoedelijk beperkt blijven tot een bijvakvoorziening. Studenten die een andere taal (Engels, Frans, Spaans) als eerste taal studeren, kunnen er Nederlands bij doen als bijvak. Maar het wordt wel een uitgebreid bijvak dat ze drie jaar lang kunnen volgen. Daarmee moet het toch mogelijk zijn een acceptabel niveau van beheersing van het Nederlands te bereiken.


En waarom wil men in Casablanca Nederlands gaan aanbieden?
De decaan van de Letterenfaculteit van de genoemde universiteit zei in het ANP-bericht hierover het volgende: Decaan Abdelmajid Kaddouri rekent op veertig tot honderd studenten, zowel eerstejaars als masterstudenten. Ook verwacht Kaddouri dat personeelsleden van bedrijven die contact hebben met Nederland zich inschrijven voor de cursussen.
Op termijn moet er een volledige opleiding Nederlands komen, waarmee studenten taal, land en volk kunnen leren kennen. Kaddouri hoopt dat het nieuwe onderwijsprogramma en het onlangs opgerichte Nederlands Instituut (NIMAR) in Rabat de economische banden tussen beide landen helpen versterken.
De taalhandicap is een van de redenen voor Nederlandse bedrijven om niet in Marokko te investeren, stelt Kaddouri: „In Nederland is de belangstelling voor de Marokkaanse cultuur beperkt omdat alleen de problemen van de Marokkaanse gemeenschap worden gezien. Zodra er hier geld wordt verdiend, zal ook het beeld van Marokko veranderen.”
Ik kan daar nog aan toevoegen dat de decaan een echte 'vriend van Nederland' is. Hij komt hier al vele jaren met grote regelmaat. Hij is historicus en heeft o.a. onderzoek gedaan in de archieven van de Koninklijke Bibliotheek naar de historische betrekkingen tussen Nederland en Marokko. En hij doet niets liever dan fietsen door de duinen of de Nederlandse bossen.



Ik verwacht dat ik in de toekomst nog wel eens zal terugkomen op dit onderwerp.

woensdag, oktober 03, 2007

Dar meziana (het goede huis)



Weer was ik de enige gast in een hotel, of eigenlijk vooral een pension.
Ik wilde een weekend naar het schilderachtige plaatsje Chaouen en had gebeld naar Casa Hassan, een van de twee locaties in Chaouen die staan vermeld in het boekje 'Bijzondere logeeradressen in Marokko". Maar Casa Hassan was al volgeboekt. Ik werd doorverwezen naar Dar Meziana.
Dat klonk goed, want dat betekent 'het goede huis'.

Na een telefoontje werd ik te voet opgehaald op de parkeerplaats, want in de medina van Chaouen (of Chefchaouen) is geen autoverkeer mogelijk.
Dar meziana bleek een heel leuk pension. Heel smaakvol opgeknapt aan buiten- en binnenkant. Er is een leuk dakterras met zicht op de daken van de medina.
De bijgaande plaatjes spreken voor zich denk ik.



En het leuke is dat de naam van het pension dus een vorm van geschreven Marokkaans dialect is. Het woordje 'meziana' is namelijk puur dialect.
Het bord met de naam van het pension is dus een uiting van het verschijnsel dat ik met zoveel belangstelling volg in het huidige Marokko: het schrijven met behulp van Marokkaans Arabisch dialect (dat eigenlijk vooral een gesproken taal is).
En niet alleen de naam van het pension was in geschreven Marokkaans dialect, er hingen in het steegje ook nog bordjes met spreekwoorden in geschreven Marokkaans dialect.
Ik heb mezelf echt moeten inhouden om er niet eentje mee te pikken ;-) Ze waren nergens te koop volgens de beheerder, ze waren speciaal voor hen gemaakt.

Omdat het zo'n leuk pension is, en er nog zo weinig gasten blijken te komen, maak ik maar weer even wat reclame.
Een kamer in Dar Meziana kost per nacht 450 Dirham (40 euro) voor één persoon of 600 Dirham voor twee personen. Er zijn ook luxe kamers aan het dakterras, deze zijn 900 Dirham voor twee personen.
Voor een reservering kunt u Dar Meziana bellen op nummer 00-212-(0)39-987806. Het adres is Bab Souk, Chaouen.
website: http://www.darmezianahotel.com/
Meer foto's van Chaouen zijn te zien op mijn webalbum (http://picasaweb.google.com/J.C.Hoogland/Chefchaouen).

woensdag, september 26, 2007

lesgeven op afstand

Ik ging een weekje naar het NIMAR om op de winkel te passen terwijl directeur De Mas van zijn welverdiende vakantie kon genieten. Maar er was wel een probleempje: ik zou eigenlijk college moeten geven in Nijmegen. Het semester van september tot december biedt maar heel weinig mogelijkheden om een week te laten uitvallen en later weer in te halen.
Toevallig (maar ook weer niet helemaal toevallig) zijn al mijn colleges in het talenpracticum, een lokaal met voor elke student een computer met internetaansluiting.
En aangezien ik in 2004 zelf de projectleider ben geweest van de invoering van die nieuwe talenpractica, weet ik maar al te goed wat de mogelijkheden zijn van zo'n lokaal.
Ik zag daarom wel mogelijkheden mijn onderwijs vanuit Rabat te geven aan mijn studenten voor de beide colleges luistervaardigheid (tweede- en derdejaars). Aangezien ik voor die colleges dankbaar gebruik maak van Blackboard, dacht ik in eerste instantie aan het gebruik van de 'Virtual Classroom', de chatvoorziening van Blackboard. Maar chatten is toch maar behelpen vind ik, dus keek ik ook naar andere mogelijkheden. Op het NIMAR maken we al zeer uitgebreid gebruik van Skype, telefoneren via het internet. Door met Skype naar Nederland te bellen, kunnen we onze Marokkaanse telefoonrekening beperkt houden.
Ik bedacht daarom dat Skype ook voor het contact met de studenten nuttig kon zijn. Ik heb daarom een paar gebruikersaccounts voor Skype aangemaakt, zodat de studenten die geen eigen account hebben, toch met Skype zouden kunnen bellen met hun docent in Noord-Afrika.
Mijn eerste college, luistervaardigheid voor tweedejaars, is op dinsdagochtend 8.45. Een probleem: in Marokko is het twee uur vroeger. Ik moest dus om 6.45 lokale tijd achter de PC kruipen voor mijn college. Nou ja, voor de goede zaak doe je dat dan maar.
Eerst heb ik contact gelegd met de aanwezige studenten via de chatfunctie van Blackboard. Daar kon ik zien hoeveel van hen de gang naar de collegezaal hadden gemaakt. Het waren er vier. (Normaal wordt dit college gevolgd door acht studenten).
Overigens was het natuurlijk niet noodzakelijk dat ze in het lokaal aanwezig waren. Ze hadden ook thuis achter een PC kunnen zitten.
Vervolgens moest Skype worden gedownload en geïnstalleerd, want dat programma is niet standaard op de computers in het talenpracticum aanwezig. Via de chat bleef ik op de hoogte van de vorderingen, want het heeft toch wel een minuut of 15-20 geduurd voordat Skype bij iedereen functioneerde.
Maar toen waren we ook echt 'on speaking terms' met elkaar want via de optie 'groepsgesprek' konden we allemaal tegelijk met elkaar spreken. En dat met een uitstekende geluidskwaliteit.
Toen kon het college beginnen.
De werkvorm die ik gebruik voor die luistercolleges is als volgt: de studenten beluisteren fragmenten van (radio)nieuwsuitzendingen. Ik geef er een lijstje bij met moeilijke woorden, en een aantal vragen, waarmee ik hen a.h.w. bij de hand neem om het bericht te beluisteren. Als je alle vragen correct kunt beantwoorden heb je het bericht goed begrepen.
Ik ga er vanuit dat studenten thuis die berichten al hebben beluisterd, en hun antwoorden op mijn vragen hebben voorbereid.
Als ik lijfelijk aanwezig ben in het college, laat ik zo'n fragment horen via de boxen in het lokaal, en bespreken we per vraag het antwoord. En ik geef antwoord op vragen van de studenten n.a.v. zo'n fragment.
Voor het college op afstand had ik een andere werkwijze voorbereid: ik had de ideale antwoorden op de vragen nu schriftelijk beschikbaar. Bij elk fragment plakte ik de antwoorden op de vragen in een Announcement in Blackboard. De studenten kregen dan onmiddellijk te zien wat de ideale antwoorden waren. Vervolgens liet ik hen die vergelijken met de antwoorden die ze zelf gevonden hadden, en als er verschillen waren konden ze mij dat melden, en vragen hoe ik aan mijn antwoord was gekomen. Of ze konden aangeven welke passage ze niet goed hadden verstaan.
Door mijn Skypemicrofoon dicht bij mijn eigen boxen te houden kon ik hen vervolgens laten meeluisteren en een toelichting geven op problematische passages. Dit laatste was niet helemaal ideaal, ik zat in een wat ongemakkelijke houding om het microfoontje zo dicht mogelijk bij de boxen te houden.
Maar al met al was dit dus een uiterst werkbare combinatie van het gebruik van Blackboard en Skype voor 'real time onderwijs op afstand'.
Het vereist wat meer voorbereiding om op deze manier college te geven, maar het was wat mij betreft een werkbare vorm. Het was uiterst interactief want we konden gewoon met elkaar spreken en op elkaar reageren, we zagen elkaar alleen niet.
De reacties van de studenten: negatief! Ze waren jaloers dat ik in het zonnige Marokko zat terwijl in Nijmegen de herfst voorzichtig zijn intrede had gedaan.
En als het van Rabat naar Nijmegen kan, moet het ook andersom kunnen! Dat ik (of iemand anders) een keer een les of lezing verzorgt vanuit Nederland voor de studenten op het NIMAR in Rabat. Als de docent een webcam gebruikt, kan met een beamer en een paar boxen in Rabat iedereen zien en luisteren naar wat er aan de andere kant wordt gezegd.
Die dinsdagochtend in Rabat was het misschien maar beter dat ik geen webcam had aangesloten. Ik was ongeschoren en ongewassen uit mijn bed achter de PC gekropen.
Donderdag herhaalde zich ongeveer dezelfde procedure voor de derdejaars, alleen op een wat prettiger tijdstip, 10.45 Marokkaanse tijd.

Hallo hier Rabat

Van 14 tot 24 september was ik weer even op mijn stek op het NIMAR. En dat gaf wat mij betreft weer volop inspiratie voor mijn blog.
Ik dacht een rustig weekje in Rabat door te brengen, een beetje op de winkel te passen terwijl directeur Paolo De Mas zou genieten van een welverdiende vakantie in Italië.
Dat liep anders. De week liep toch helemaal vol met afspraken, bezoekjes etc. En de aanwezige apparatuur moest ook weer worden nagelopen: satellietontvangers, printer, div. computers, een nieuwe doucheslang etc.
En het was Ramadan in Rabat. Daarover binnenkort een aparte bijdrage.
De weekends heb ik wel rustig aan gedaan. Het eerste weekend heb ik rustig lezend doorgebracht, met ook een paar kleine uitstapjes in de omgeving van Rabat.
Het tweede weekend ben ik naar het bekende (en toeristische) plaatsje Chefchaouen geweest. Daar was ik sinds lange tijd niet geweest, en ik wilde mijn fotoverzameling eens wat updaten daar. En ik had gehoord dat je goed kunt wandelen in de omgeving. Het resultaat daarvan zal ik binnenkort op mijn fotoalbum plaatsen.
Maandag 24 september ging ik weer terug, want op dinsdag 25 september moest ik weer college geven in Nijmegen. Er zijn natuurlijk allerlei redenen te noemen waarom het fijn is weer naar huis te gaan, maar het Marokkaanse zonnetje en temperatuurtje (zo'n 25 graden) mis ik toch wel erg na twee dagen Nijmegen.

zondag, september 09, 2007

NOS-journaal 5 sept.: geschreven dialect voor iedereen te begrijpen

Op 7 september worden er parlementsverkiezingen gehouden in Marokko. Ook het NOS-journaal van 8 uur 's avonds besteedde hier aandacht aan op woensdag 5 september.
Nicole Le Fever, de redelijk kersverse Midden-Oosten correspondent van het journaal, was naar Marokko afgereisd om een reportage over de aanloop naar de verkiezingen te maken.
In de reportage sprak zij met de journalist Ahmed Benchemsi, hoofdredacteur van de onafhankelijke weekbladen TelQuel (Franstalig) en Nichane (Arabischtalig).
Benchemsi is namelijk een paar weken geleden weer eens opgepakt en vastgezet, en voor de zoveelste keer werd een oplage van Nichane uit de roulatie gehaald.

Wat was er namelijk gebeurd? Benchemsi had in een commentaar kritiek geleverd op de inhoud van een toespraak van de koning over de ontwikkeling van de democratie in Marokko.
En nu komt het: hij had dat commentaar geschreven in het Marokkaans Arabisch dialect.
En om Nicole Le Fever te citeren: Hij had zijn artikel geschreven in het Marokkaans dialect, zodat iedereen het kon begrijpen.
Dat was voor mij wel een heel gedenkwaardig moment. In het Nederlandse NOS-journaal wordt beweerd dat een artikel in een Marokkaans weekblad geschreven in het dialect door iedereen kan worden begrepen. Impliciet betekent dat natuurlijk dat als het niet in dialect is geschreven maar in 'officieel Arabisch' dat dan niet iedereen het kan begrijpen.
En waarom was het gedenkwaardig voor mij? Omdat ik me al 25 jaar bezighoud met dat onderwerp: het gebruik van het Marokkaans dialect als schrijftaal.
Nu zou ik hier niet willen beweren dat het nu bewezen is omdat mevrouw Le Fever het op de Nederlandse televisie bevestigd heeft, maar het feit dat deze bewering in het journaal wordt gedaan is op zich al een opmerkelijk feit.
Het is misschien niet toevallig dat de voorganger van Nicole Le Fever een schrijver en presentator is die in Nederland inmiddels als hot en helemaal en vogue kan worden bestempeld. Dat is Joris Luyendijk, die met zijn boek 'Het zijn net mensen' een geheel andere kijk op de journalistiek heeft gegeven. En na lezing van dat boek weet je dat je voortaan niet alle berichten van correspondenten even serieus moet nemen. Overigens wist ik dat al vele jaren. Ik keek al naar Al Jazeera ('het andere geluid' uit de Arabische wereld) toen hier nog niemand van die zender had gehoord. Maar goed, op dit punt dus een pluim voor Nicole Le Fever, want volgens mij heeft ze in deze reportage wel degelijk het belangrijkste punt vermeld: door in het dialect te schrijven kon iedereen (die kan lezen) het artikel ook begrijpen.

Het blad Nichane is bijna een jaar oud, het eerste nummer is verschenen in het najaar van 2006, en vanaf het eerste nummer heb ik het met grote belangstelling gevolgd want er wordt vrij veel in Marokkaans dialect in geschreven.

En om dan nog maar even op de inhoud van het gewraakte artikel in te gaan: De titel ervan was: a siyyed-na, ash ka-tqul? Dat betekent zo ongeveer: onze heer (= de koning), wat zeg je nu weer? Benchemsi had als het ware een aantal passages uit een toespraak van de koning 'vertaald' uit het 'officiële Arabisch' (Modern Standaard Arabisch of Klassiek Arabisch) in het dialect. Om vervolgens een aantal keren te constateren dat het vooral deftig klinkende blabla was.
En daarmee had hij een van de heilige huisjes in Marokko met zijn pen aangevallen, en dat wordt nog steeds niet geaccepteerd. Men schrijft niet kritisch over de koning, de Sahara, de islam of het leger. Journalisten die dat wel doen, lopen grote kans zich daarvoor bij de rechter te moeten verantwoorden. De laatste jaren zijn er weinig gevangenisstraffen uitgesproken, maar wel torenhoge boetes en tijdelijke verschijningsverboden voor de bladen.

Overigens was Benchemsi tot een half jaar geleden de hoofdredacteur van maar één blad: TelQuel. Zijn collega Driss Ksikes was toen hoofdredacteur van Nichane. Maar nadat Driss was veroordeeld tot een (gelukkig voorwaardelijke) gevangenisstraf voor het publiceren van een artikel over moppen die door de Marokkaanse bevolking worden verteld, heeft hij besloten de journalistiek vaarwel te zeggen. HIj schrijft nog wel voor buitenlandse bladen, maar niet meer voor binnenlandse.

Hieronder een scan van het gewraakte artikel van Benchemsi.


En als we het dan toch over talen in Marokko hebben: een lezer van deze blog wees mij op een artikel over het Berbers in Marokko op de (Engelstalige) site van Al Jazeera:
http://english.aljazeera.net/NR/exeres/A99236D2-6067-479E-9DB3-4A478B033F60.htm

vrijdag, augustus 24, 2007

Even geen nieuws uit Marokko

Nog even geen nieuws uit Marokko van mij. Ik ga er 14 september weer heen om wat zon bij te tanken. Schotland is prachtig maar er is wat weinig zon te bekennen.
Ik heb wel in mijn webalbum wat foto's van mijn trip naar Imilchil geplaatst.
Deze zijn via deze link te bekijken:
http://picasaweb.google.com/J.C.Hoogland/ImilchilHogeAtlas
(en in een andere map staan trouwens ook wat foto's van Schotland).

vrijdag, augustus 03, 2007

T-shirt

Twee weken geleden was het feest in Nijmegen. De Nijmeegse Vierdaagse bestond dit jaar ook echt uit vier dagen. En 's avonds is het dan ook groot feest in de stad. De Nijmeegse Zomerfeesten, of dit jaar geloof ik de Vierdaagsefeesten genaamd.
Donderdagavond was er op Kelfkensbos een Arabische muziekavond. Een Iraakse band, een Marokkaanse band en een multiculti DJ.
Ik had er afgesproken met een collega en was ervan overtuigd dat ik er nog meer bekenden zou tegenkomen. En inderdaad, een aantal van onze studenten was er ook.
Lekkere muziek, lekker gedanst. De muziek was veel leuker dan die Heavy Metal uit Casablanca ;-)

Ik had speciaal voor deze gelegenheid mijn Marokko T-shirt aangedaan, en ook nog een rode sweater met Arabische opdruk om mijn middel geknoopt. Op die sweater staat de tekst: mgharba tta l-mut (Marokkanen tot in de dood). Omdat het ook een beetje geschreven dialect is (dat tta als korte vorm van hetta) moest ik die sweater hebben toen ik hem zag in Rabat. Het onderwerp van geschreven dialect heeft namelijk al vele jaren mijn bijzondere belangstelling (zie de eerdere bijdrage over 'heerlijk weekend in Tanger').
Terug naar het concert. Op een gegeven moment was het mijn beurt om drank te gaan halen. Dus ik naar zo'n buffet om wat te bestellen. Daar stond ook een Marokkaanse jongen, die naar mijn T-shirt keek en toen zei: "u bent zeker wel eens in Marokko geweest?"
Die heb ik vriendelijk maar genadeloos op zijn nummer gezet: ik kom al 30 jaar in Marokko, en tegenwoordig elke maand. "Wow!" zei hij, en verder was hij stil ;-)
Even later liepen wat Marokkaanse meiden langs ons. Een van hen zag mijn T-shirt en zij: mooi shirt. Toen ik haar uitgebreid in het Marokkaans bedankte voor het compliment was de hele club meiden enthousiast. Had ik 25 jaar geleden maar zo'n T-shirt gehad ;-)

Weer wat later kwamen een paar redelijk zwaarlijvige Marokkaanse mannen al dansend langshupsen. Toen zij mijn T-shirt zagen was ik ineens het middelpunt van een dansende kring.
En nog even over die rode sweater. Laatst was ik bij een house warming party van mijn oudste zoon, en had ik ook die sweater aan. Ik hoorde een van zijn vrienden erover tegen een ander zeggen: Ja Sam's vader doet iets bij Al Qaida.
De komende twee weken even geen nieuwe bijdragen, ook een onderwijscoِrdinator heeft wel eens vakantie.
Ik ga twee weken naar Schotland. Bepaald geen zonzekere bestemming, maar ik heb al aardig wat zon gehad dit jaar.

zaterdag, juli 21, 2007

Video op de blog: Imilchil, nog een vervolg

Ik kom even terug op het heerlijke weekend in Imilchil van een maandje geleden.
Ik heb toen niet alleen een berg foto's gemaakt, maar ook een paar video's. Niet met een professionele camera trouwens, gewoon met de digitale fotocamera. Dat betekent dat het amateuristische filmpjes zijn, maar ach, daar staat YouTube vol mee. En u bent vrij om er wel of niet naar te kijken.
Binnenkort zal ik ook nog wat foto's van Imilchil en omgeving plaatsen op mijn webalbum. De link staat rechts in het beginscherm van deze blog. En mijn foto's zijn wel aardig van kwaliteit al zeg ik het zelf.

Op de heenweg heb ik al rijdend de camera een stukje laten meedraaien. Ik rijd daar op de nieuwe asfaltweg in zuidelijke richting. De weg voert langs een riviertje dat uit de Hoge-Atlas komt. Ik rijd hier dus stroomopwaarts.
Met een lekker muziekje (Coldplay) reed ik hier in de vroege middag het laatste stuk van de reis van Rabat naar Imilchil.



Na aankomst in het hotel Tiselit (Berbers voor bruid), gelegen aan het gelijknamige meertje, ben ik naar boven geklauterd om foto's te maken van de omgeving van het meertje.
Ik heb ook een panoramaopname gemaakt met een filmpje. Op een bergkam heb ik 360 graden rondgedraaid met het volgende resultaat.



Zondagochtend ben ik over de piste (onverharde weg) naar het andere, iets grotere, meer Iseli (Berbers voor bruidegom) gereden. Dat ligt een kilometer of acht verderop. Hier heb ik een wandeling om het meer gemaakt. Ook hier ben ik op een gegeven moment een flink stuk omhoog gegaan voor de foto's. En ook daar heb ik weer een panoramafilmpje gemaakt. Het resultaat kun u hieronder bekijken.



Zondagmiddag ben ik terug naar het Noorden gereden, nu dus stroomafwaarts langs hetzelfde riviertje. Onderweg heb ik nog wat gefilmd tijdens de afdaling vanaf Imilchil naar het dal waar het riviertje stroomt.

Heftige Heavy Metal

Een paar weken geleden meldde ik al dat ik een (stukje) Heavy Metal popconcert had bijgewoond in Casablanca. Ik was er samen met mijn vriend Kees Beekmans, die erover schreef in zijn column in de Groene Amsterdammer. Ik heb de relevante stukjes uit zijn column gehaald, hopend dat ik daarmee geen copyright overtreed.
En bij wijze van experiment en voor de curiositeit via YouTube een video-opname van een kort stukje van het concert. De link naar het filmpje staat onderaan dit bericht.

Voor de negende keer dit jaar was er L’Boulevard, het muziekfestival van Casablanca dat een zekere naam heeft opgebouwd. Vorig jaar hoorde ik ervan toen het net voorbij was, dit jaar was ik alerter. Het duurt een dag of vier en op zaterdagavond reed ik erheen samen met arabist Jan Hoogland, die het festival ook nog nooit had bezocht.

Eigenlijk wilden we de rappers zien, of eigenlijk horen, omdat die onder de Marokkaanse jeugd erg populair zijn. Ze worden door sommigen bovendien beschouwd als een soort voorvechters van het Marokkaans-Arabisch, een taal die, hoewel door de meeste Marokkanen gesproken, nog altijd te boek staat als dialect, een boerse deviant van het Standaard Arabisch, dat wél als een echte taal wordt beschouwd.

Jan Hoogland is kenner bij uitstek van het Marokkaans-Arabisch, daarom wilde hij die rappers graag horen. Ikzelf kom die rappers bijna wekelijks in de media tegen, er wordt veel over ze geschreven, wat mij nieuwsgierig had gemaakt. Maar die zaterdagavond stond er geen rap op het programma. Het bleek een heavy metal-avond te zijn. We hadden het programma beter moeten lezen.

Maar we waren niet voor niets naar Casablanca gereden, dus liepen we het voetbalstadion in waar de optredens waren. Er waren veel jongelui, maar er was genoeg ruimte om ergens rustig te staan en wat om je heen te kijken. We maakten beiden kennis met een kant van Marokko die we nog niet eerder hadden gezien. Tieners, zowel meisjes als jongens, in zwarte, gothic kleding. Punkers met hanenkammen. Gezichten waarin de oogkassen zwart geverfd waren. Twintig jaar geleden – of meer? – zou je ze als fans van de hardrockband Kiss hebben herkend, of als epigonen van Alice Cooper.

Hoe moet je de muziek waarnaar deze jongens en meisjes luisterden, noemen? Hardrock? Satanic rock? Het was in ieder geval oorverdovend, en rauw, dat vooral. Op de drums en op de gitaren werd kei- en keihard geramd, en de kinderen voelden zich daar goed bij, ze konden zich uitleven. Ze begonnen te springen, tegen elkaar aan te botsen en te headbangen. Jan en ik keken vertederd toe, als oude mannen, weliswaar volkomen misplaatst maar niet onwelkom. De sfeer was niet agressief. Hier en daar zag ik een meisje met een hoofddoek.

Tot zover het citaat uit de column van Kees.
Kees heeft trouwens eerder dit jaar een boek gepubliceerd over zijn ervaringen tijdens zijn eerste anderhalf jaar in Marokko.
Titel: Marokko voor beginners. De schrijver is dus Kees Beekmans. De uitgever is L.J. Veen (www.ljveen.nl).
Een stukje van de flaptekst:
Marokko voor beginners is het onvergetelijke verhaal van een omgekeerde inburgering. Nadat hij jarenlang heeft lesgegeven aan Marokkaanse leerlingen is Kees Beekmans benieuwd naar het land en vertrekt voor onbepaalde tijd naar Marokko, waar hij zich onderdompelt in een vreemde, exotische, maar ook rauwe cultuur: het dagelijks leven, de omgangsvormen, de gevoeligheden, de verborgen regels. Maar Marokko opent zich pas echt als Beekmans een verhouding krijgt met verpleegster Silham en zich zelfs verlooft. Dan ziet hij van dichtbij hoe gewone Marokkanen - haar ouders, broers en zussen, buren en collega's - leven en denken.

Het videofragment:
Klik op het driehoekje links onderaan, zet de boxen niet te hard ;-)


heftig hè?

weekendje onthaasten in het zinderende Zuiden

Ik ging een weekend mee met een vriend naar zijn familie, die op het platteland woont, zo'n 25 km. buiten Marrakech.
Hij had me al gewaarschuwd, dat ik me er niet te veel bij moest voorstellen: "er is daar echt niks hoor!"
We kwamen 's avonds rond half 10 aan, na een voorspoedige reis over de splinternieuwe tolweg. Dat is lekker doorrijden in vergelijking met enkele maanden geleden. Toen was het nog een flink stuk tweebaansweg met alle gevaren van dien.
We kwamen in een traditioneel huis, gebouwd van leem. Het besloeg slechts één verdieping, het is eigenlijk een binnenplaats met eromheen een aantal kamers. En een soort veranda (sarya) om de noodzakelijke schaduw te verschaffen.

De kamers zijn ingericht met matten en kleden op de grond, er liggen wat kussens, en er staat een lage ronde tafel die als eettafel dienst doet.
Alles in dat huis speelt zich af op de grond: zitten, eten, slapen.
De familie zelf sliep trouwens in de open lucht op de binnenplaats omat het 's avonds buiten koeler is dan binnen. Overdag is dat andersom, dan is het buiten juist warmer.

En warm was het. We kwamen uit het redelijk koele Rabat en Casablanca (beide aan de kust gelegen), hadden in de auto de airco aan en we arriveerden dus pas 's avonds in Ifrane (niet te verwarren met de wintersportplaats Ifrane in de Midden‑Atlas). Maar de volgende ochtend rond een uur of 11 sloeg de hitte onverbiddelijk toe. We hadden toen al een wandeling van een uur of twee achter de rug, door de onmiddellijke omgeving van het dorp. We liepen over de akkers en door de boomgaarden van de broer van Abd. Hij legde uit hoe het irrigatiesysteem werkt. Zijn familie heeft met hun grond recht op vijf en een kwart uur water per 10 dagen. Er loopt een irrigatiekanaal langs hun grond, en ze mogen dus gedurende die uren de schuiven open zetten. Het water komt uit het stuwmeer dat zo'n 20 kilometer verderop ligt.

Na de wandeling was het gerechtvaardigd even uit te puffen. Dus languit op de grond in de 'woonkamer'. Met de TV aan. In veel Marokkaanse huizen staat de TV bijna permanent aan, als een soort bewegend behang.
Na de lunch (tajine van kip en frietjes) hebben we zelfs een dutje gedaan. Ik ben nooit zo'n fan van siësta, maar in die temperatuur was het toch wel lekker. Vandaar die titel: onthaasten. In zo'n temperatuur komt er gewoon minder uit je handen. Ik had overigens bewust niet eens wat te lezen meegenomen en al zeker geen laptop.
Abd komt uit een grote familie, hij heeft flink wat broers en zussen. Ze wonen nog thuis bij hun moeder of hebben in de onmiddellijke omgeving een soortgelijk huisje gebouwd. Eén broer bewerkt dus het land, dat feitelijk eigendom van de hele familie is. Maar het zou volstrekt onmogelijk zijn de hele familie er ook van te laten leven. Zeker in een relatief droog jaar, als er niet zoveel water uit het stuwmeer komt. Hij heeft drie broers die als vrachtwagenchauffeur de kost verdienen. Althans, een kostje. Want de salarissen liggen niet bepaald hoog. Een broer die 7 dagen per week van 4 uur 's nachts tot vaak 's avonds 10 uur op pad is, brengt zo'n 80 Dirham per dag (8 euro) thuis. Probeer daar maar eens van te sparen om een eigen huis te bouwen.
Een andere broer is er wel in geslaagd voor zijn eigen beginnende gezin een betonnen huis te bouwen. Het beslaat eveneens één verdieping, omvat pakweg 4 kamers, en had tot nu toe 14.000 euro gekost. Dat zijn prijzen daar kun je nog iets mee, zou je in Nederland denken. Maar dat is dus 140.000 Dirham. Als je er 80 per dag verdient is dat dus zo'n kleine 5 jaar werken en dan niets uitgeven.

Maar dat huis is dan ook aanzienlijk beter dan het lemen huis van de moeder en de nog thuis wonende broers.
Het leven op het platteland is zo volstrekt anders dan het leven in een grote stad als Rabat, waar ik toch het meest ben en bij mensen over de vloer kom. Voor de plattelandsbevolking is het leven eigenlijk een permanente struggle for life om de eindjes aan elkaar te knopen. En zo is het in grote delen van Marokko op het platteland, maar ook in de uitgestrekte sloppenwijken bij de grote steden.
Binnenkort nog enkele indrukken en belevenissen uit het warme Zuiden.

donderdag, juli 12, 2007

Zomercursus, het vervolg

Ik schreef al dat de zomercursus was begonnen. De meeste cursisten arriveerden zondag 1 juli, want de cursus begon op 2 juli.
Ik zou hen oppikken op het station van Rabat, en hen naar de gastgezinnen brengen.
Helaas was er een treinprobleem tussen het vliegveld en Casablanca, waardoor ze allemaal per taxi naar Rabat moesten.

het enige dat ontbreekt: zo'n puntje van de tong dat naar buiten steekt ;-)

Ze werden allemaal met open armen ontvangen bij hun gastgezinnen. Meiden werden gelijk gezoend door de gastmoeders en gastzussen. Marokkaanse gastvrijheid is inderdaad hartverwarmend. Uiteraard krijgen de gastgezinnen wel een financiële tegemoetkoming van 100 Dirham (10 euro) per dag.
Overigens waren er ook mensen die 100 dh te weinig vonden. Voor hen was het klaarblijkelijk vooral een bron van inkomsten.
Eén cursist was reeds in Marokko op rondreis toen hij via via hoorde over onze zomercursus. Of hij nog kon meedoen vroeg hij telefonisch. Ja hoor zei ik, je bent welkom, als je genoegen neemt met een gastgezin in een 'volkswijk'. Als student culturele antropologie vond hij dat juist heel goed.
Er was een klein probleem, hij had niet uit Nederland het voorgeschreven cursusboek meegebracht, hij wist bij vertrek immers nog niet dat hij de cursus zou gaan doen.
Hij zat op dat moment in het zuiden in Ouarzazate. Via Marrakech moest hij naar Rabat zien te komen. Hij nam een taxi uit Ouarzazate en trof daarin een Nederlandse vrouw. Ze raakten aan de praat en hij vertelde dat hij in Rabat de zomercursus ging doen, maar dat hij het boek niet bij zich had. U raadt het natuurlijk al, anders zou ik het niet opschrijven, maar die dame in die taxi in Zuid-Marokko toverde het door mij geschreven cursusboek Marokkaans Arabisch uit haar tas en verkocht het door aan de kersverse cursist. Nu nog een CD-tje voor hem branden en hij is geheel voorzien.

converstatie n.a.v. een foto op het scherm van de computer. "ik zie een man en een vrouw in de straat" (ka-nsjuf razjel u mra fe-z-zenqa)

Vanaf de eerste lesdag was het heel gezellig. De stemming tussen de cursisten onderling was prima, en ook met hun docente Samia en de rest van de NIMAR-staf was er gelijk een goede verstandhouding.
De avond van de tweede lesdag hadden we iedereen uitgenodigd voor een welkomstetentje in een restaurant in de buurt van het NIMAR waar men ook wijn en alcohol serveert.
Een van de gastgezinnen woont ook in dezelfde buurt. Toen de gastvader hoorde dat we de volgende avond in restaurant Koutoubia zouden eten sprak hij zijn bezorgdheid uit. Want naast het restaurant is ook een kroeg, die duidelijk van dezelfde uitbater is.
Of dat nou wel zo'n geschikte gelegenheid was om zijn zojuist gearriveerde pupil mee naar toe te nemen. Deze pupil is 28 jaar oud, docente in het voortgezet onderwijs, ze heeft een half jaar in de VS gestudeerd, woont zelfstandig in het zondige Amsterdam, maar een etentje in een 'alcoholrestaurant' vond hij zorgwekkend.
De alcoholkwestie is altijd aan de orde als je in Marokko buiten de deur gaat eten. Gaan we naar een bier/wijn-restaurant of niet. Dat beperkt de keuze namelijk aanzienlijk. Soms wordt het bepaald door het gezelschap waarin je verkeert. Voor sommige mensen is het bijna een doodzonde om in een restaurant te komen waar alcohol wordt geserveerd. Anderen hebben daar minder moeite mee, zelfs als ze zelf geen alcohol drinken.
Een tweede bezoek aan een gastgezin is meestal al een soort thuiskomst. Bij het eerste bezoek is doorgaans al gezegd: hadi bhal dar-ek, dit is als je thuis. Anders gezegd: beschouw dit als je thuis. Als je dan een tweede keer komt, dan wordt die belofte realiteit. Ik moest zelfs het vruchtensap inschenken dus a.h.w. als gastheer optreden in het huis waar ik zojuist een van onze cursisten had ondergebracht. En uiteraard moest ik blijven eten, we kwamen even voor 8 uur 's avonds bij het gastgezin.
De cursiste kreeg als kamer de salon toegewezen. Elk Marokkaans huis heeft een salon, meestal de grootste en mooiste kamer van het huis, ingericht met luxe zitbanken langs alle muren en met kussens erop. Die kamer wordt alleen gebruikt als er gasten komen. In dit (ruime) appartement neemt die salon toch een aanzienlijk deel van de oppervlakte in beslag, en deze ruime en mooie kamer is voor een hele maand het domein van onze cursiste. Daarmee is de familie (5 personen) verbannen tot de eetkamer, een ruimte van ongeveer drie bij 4 meter, eveneens met banken rondom. Maar zo gaat dat in een Marokkaanse familie.
Minder leuk was dat, toen ik na de maaltijd buiten kwam, er een wielklem op mijn auto was aangebracht.
Maar niet getreurd, met een telefoontje naar de handhavers, en voor de lieve som van 40 dirham (4 euro ;-) werd die weer verwijderd. Ik dacht dat het betaald parkeren in onze buurt om 8 uur ophield, maar dat bleek 9 uur te zijn.
De terrassen van het NIMAR doen helemaal wat ik een jaar geleden al dacht: in de pauze zitten de studenten er, 's middags zitten ze er samen te studeren. Er wordt met de laptop draadloos met thuis gecommuniceerd etc.
En bij de dames gaan de T-shirts omhoog en worden de buiken ontbloot in het zonnetje. Tot ik met de camera verscheen, toen werden de truitjes weer kuis naar beneden gedaan ;-)
Het is een heerlijk gevoel de cursisten het NIMAR te zien bevolken, het instituut leeft en bruist. Dat is precies waarvoor het NIMAR er is.

als Samia zegt "schrijf op" dan wordt er ook geschreven

Ik ging met gemengde gevoelens weg deze keer. Vanwege een jarige zoon wilde ik absoluut 12 juli weer thuis zijn, maar ik was graag nog even gebleven. De cursisten liet ik trouwens in het volste vertrouwen achter onder de bezielende begeleiding van de docentes Samia en Choumissa.

donderdag, juli 05, 2007

Weer een mijlpaal bereikt

En weer is er een mijlpaal bereikt: op het NIMAR is de intensieve zomercursus Marokkaans Arabisch voor beginners van start gegaan. Met acht enthousiaste jonge cursisten die hiervoor de reis naar Rabat hebben ondernomen.
Hieronder een eerste impressie met een paar foto's.
Meer foto's zijn te vinden op http://picasaweb.google.com/J.C.Hoogland/ZomercursusMarokkaansOpHetNIMAR





Posted by Picasa