Een paar weken geleden meldde ik al dat ik een (stukje) Heavy Metal popconcert had bijgewoond in Casablanca. Ik was er samen met mijn vriend Kees Beekmans, die erover schreef in zijn column in de Groene Amsterdammer. Ik heb de relevante stukjes uit zijn column gehaald, hopend dat ik daarmee geen copyright overtreed.
En bij wijze van experiment en voor de curiositeit via YouTube een video-opname van een kort stukje van het concert. De link naar het filmpje staat onderaan dit bericht.
Voor de negende keer dit jaar was er L’Boulevard, het muziekfestival van Casablanca dat een zekere naam heeft opgebouwd. Vorig jaar hoorde ik ervan toen het net voorbij was, dit jaar was ik alerter. Het duurt een dag of vier en op zaterdagavond reed ik erheen samen met arabist Jan Hoogland, die het festival ook nog nooit had bezocht.
Eigenlijk wilden we de rappers zien, of eigenlijk horen, omdat die onder de Marokkaanse jeugd erg populair zijn. Ze worden door sommigen bovendien beschouwd als een soort voorvechters van het Marokkaans-Arabisch, een taal die, hoewel door de meeste Marokkanen gesproken, nog altijd te boek staat als dialect, een boerse deviant van het Standaard Arabisch, dat wél als een echte taal wordt beschouwd.
Jan Hoogland is kenner bij uitstek van het Marokkaans-Arabisch, daarom wilde hij die rappers graag horen. Ikzelf kom die rappers bijna wekelijks in de media tegen, er wordt veel over ze geschreven, wat mij nieuwsgierig had gemaakt. Maar die zaterdagavond stond er geen rap op het programma. Het bleek een heavy metal-avond te zijn. We hadden het programma beter moeten lezen.
Maar we waren niet voor niets naar Casablanca gereden, dus liepen we het voetbalstadion in waar de optredens waren. Er waren veel jongelui, maar er was genoeg ruimte om ergens rustig te staan en wat om je heen te kijken. We maakten beiden kennis met een kant van Marokko die we nog niet eerder hadden gezien. Tieners, zowel meisjes als jongens, in zwarte, gothic kleding. Punkers met hanenkammen. Gezichten waarin de oogkassen zwart geverfd waren. Twintig jaar geleden – of meer? – zou je ze als fans van de hardrockband Kiss hebben herkend, of als epigonen van Alice Cooper.
Hoe moet je de muziek waarnaar deze jongens en meisjes luisterden, noemen? Hardrock? Satanic rock? Het was in ieder geval oorverdovend, en rauw, dat vooral. Op de drums en op de gitaren werd kei- en keihard geramd, en de kinderen voelden zich daar goed bij, ze konden zich uitleven. Ze begonnen te springen, tegen elkaar aan te botsen en te headbangen. Jan en ik keken vertederd toe, als oude mannen, weliswaar volkomen misplaatst maar niet onwelkom. De sfeer was niet agressief. Hier en daar zag ik een meisje met een hoofddoek.
Tot zover het citaat uit de column van Kees.
Kees heeft trouwens eerder dit jaar een boek gepubliceerd over zijn ervaringen tijdens zijn eerste anderhalf jaar in Marokko.
Titel: Marokko voor beginners. De schrijver is dus Kees Beekmans. De uitgever is L.J. Veen (www.ljveen.nl).
Een stukje van de flaptekst:
Marokko voor beginners is het onvergetelijke verhaal van een omgekeerde inburgering. Nadat hij jarenlang heeft lesgegeven aan Marokkaanse leerlingen is Kees Beekmans benieuwd naar het land en vertrekt voor onbepaalde tijd naar Marokko, waar hij zich onderdompelt in een vreemde, exotische, maar ook rauwe cultuur: het dagelijks leven, de omgangsvormen, de gevoeligheden, de verborgen regels. Maar Marokko opent zich pas echt als Beekmans een verhouding krijgt met verpleegster Silham en zich zelfs verlooft. Dan ziet hij van dichtbij hoe gewone Marokkanen - haar ouders, broers en zussen, buren en collega's - leven en denken.
Het videofragment:
Klik op het driehoekje links onderaan, zet de boxen niet te hard ;-)
heftig hè?
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten