zondag, november 15, 2015

Wat denkt Jan ervan?

Mijn trouwe lezers weten het misschien nog: toen ik in januari 2009 onderwijsattaché werd in Rabat, omdat die functie gekoppeld was aan het directeurschap van het NIMAR, werd ik wat beperkt in mijn vrijheid om in het openbaar te spreken of te schrijven. Zeker als het over Marokko ging.

Aangezien ik sinds 1 juli jl. geen attaché meer ben, maar 'gewoon' universitair docent Arabisch, gelden die beperkingen niet meer. Vandaar dat ik me tegenwoordig weer wat meer uitspreek.

Twee voorbeelden daarvan zijn:
Mijn bijdrage aan het Leiden Islam Blog van een paar weken geleden.
De titel: "Nederland en Marokko, een partnerschap met ups en downs."
Aanvankelijk had het een heel ander stuk moeten worden: Gooi onze band met Marokko niet te grabbel. Maar tijdens het schrijfproces werd plotseling bekend dat minister Asscher met de Marokkaanse autoriteiten tot een akkoord was gekomen over de wijziging van het bilaterale verdrag inzake sociale zekerheid. Ik werd dus ingehaald door de actualiteit.
Toen heb ik mijn bijdrage omgewerkt tot: Goed dat Nederland investeert in de relatie met Marokko.
Hier een link naar die bijdrage. Ik beveel ook de andere bijdragen op dat blog van harte aan.

Een tweede voorbeeld vormt het interview met Abdelkader Benali en mij over Marokko (en andere zaken) in Vrij Nederland van deze week. Ik heb mij daar kritisch uitgesproken over bepaalde aspecten van Marokko, iets dat ik dus tot voor kort niet mocht doen.
Ik heb inmiddels vele signalen ontvangen dat het interview het lezen meer dan waard is.
Lees het interview via Blendle voor slechts 79 cent. En als je je aanmeldt bij Blendle krijg je de eerste paar euro tegoed gratis.
Hier de link naar Blendle.

En verder heb ik tegenwoordig een Twitter account onder mijn eigen naam: @janchoogland.
Tot deze zomer twitterde ik op een account van het NIMAR (@NIMAR_Rabat).
Ik meng mij via mijn eigen account een beetje in het publieke debat maar ik beschouw mezelf nog altijd in de eerste plaats als een taalkundig gespecialiseerd arabist, en dus niet als islamoloog, (de)radicaliseringsdeskundige etc.

Anderzijds sta ik al bijna 40 jaar in dagelijks contact met de Arabische wereld, en dat geeft wel weer enig recht van spreken. Maar ik vind ook dat de Arabieren en moslims vooral zelf moeten spreken, dat hoef ik niet voor hen te doen.
Maar toen ik gisterochtend hoorde van de vreselijke gebeurtenissen in Parijs realiseerde ik mij onmiddellijk: de strijd tegen IS moet en zal worden geïntensiveerd, maar ook als je IS hebt uitgeschakeld leven hun ideeën voort. De voedingsbodem blijft bestaan zolang jonge mensen geen of slecht onderwijs krijgen (waardoor ze ook makkelijk beïnvloedbaar zijn door haatpredikers, ik kom daar op terug), geen baan kunnen vinden en zich niet menswaardig behandeld voelen door de eigen overheid, door het buitenland of door wie dan ook.

Ik heb het al vaker gezegd de afgelopen jaren: de Tunesische groenteverkoper die zichzelf in brand stak, en die daarmee de Tunesiche revolutie in gang zette, en ook de zogenaamde Arabische lente, deed dat niet omdat hij zo graag meer democratie wilde in zijn land. Hij wilde een menswaardig bestaan, een echte baan met een fatsoenlijk inkomen, zodat hij een gezin kon stichten, dat zijn toekomstige kinderen goed onderwijs zouden kunnen volgen en dat zijn ouders gebruik konden maken van een functionerend stelsel van gezondheidszorg.

Als die voorzieningen niet bestaan in een Arabisch land (en dat geldt eigenlijk voor alle Arabische landen) dan is één van de mogelijke vluchtwegen van de jongelui het extremisme. Er zijn ook andere mogelijkheden natuurlijk, maar extremisme is er één.
En die jonge mensen zijn vatbaar voor haatpredikers als die jongeren zelf uit een onderwijssysteem komen dat alleen maar is gericht op nazeggen wat je leraar je zegt, en nazeggen wat een profeet 1400 jaar geleden heeft laten opschrijven over hoe je moet omgaan met anderen, hoe je oorlog moet voeren of hoe je je tanden moet poetsen. Anders gezegd: als je niet hebt geleerd kritisch na te denken. Als je niet hebt geleerd dat ieder mens de vrijheid heeft om te zeggen wat hij denkt.
Ik ben daarom (al jaren) van mening dat het onderwijs in de islamitische wereld grondig hervormd moet worden, zodat mensen leren nadenken en hun gedachten kunnen verwoorden. Uiteraard moet er dan een regime heersen waar zij die gedachten ook kunnen uitspreken zonder te worden bedreigd met vervolging en erger.

Geen opmerkingen: